We gaan met gekruiste benen op een kussen (zafu) zitten. We houden onze rug goed recht, onze kruin duwen we naar boven toe en onze knieën drukken we stevig tegen de grond aan. Zo wordt ons lichaam het verbindingsteken tussen hemel en aarde.
Alle spanningen laten we los. Zo ontstaat een toestand van helderheid binnen ons zelf en een verdiepte aandacht, harmonie en respect voor de ander.
We mediteren met ons gezicht naar de muur, wat typisch is voor de Soto-school. Mediteren met je gezicht naar de muur is gemakkelijker én moeilijker.
Enerzijds wordt je aandacht niet afgeleid door de anderen. Anderzijds zit je zo wel tegenover jezelf en wordt je geconfronteerd met hoe moeilijk het is om je aandacht bij de houding en de ademhaling te houden, in plaats van je gedachten en je innerlijke monoloog te volgen.
Met jezelf geconfronteerd worden is als de weerkaatsing in een spiegel : je ziet je gedachten, je emoties en je lichamelijke reacties verschijnen en weer verdwijnen. Je ziet dat ze soms blijven hangen, en soms ook niet.
Kortom, je leert jezelf geleidelijk aan op intuïtieve wijze kennen en beetje bij beetje ontwar je de knopen en breng je je gedachten en emoties in evenwicht. Zo maak je steeds dieper kennis met je ware geest.