We kunnen ons natuurlijk ook perfect in het Nederlands uitdrukken. Het Japans gebruiken we voor objecten, scènes en situaties waarvoor geen Nederlandse woorden bestaan (kyosaku, kinhin, dokusan, mokugyo, …). Door gewoonweg de Japanse termen over te nemen kunnen we ons taalgebruik vereenvoudigen en met onze aandacht blijven bij wat echt van belang is: de waakzaamheid op onze houding en onze ademhaling.
Bovendien zijn alle teksten die we zingen en alle vreemde woorden die we gebruiken erg oud. Ze helpen ons om de eenvoud en de continuïteit van het onderricht, dat al 2500 jaar op deze wijze wordt overgedragen, te bewaren. Als we andere zinnen gebruikten of woorden vertaalden, zou dat de garantie voor deze continuïteit bemoeilijken. De verscheidenheid die hieruit kan voortkomen, zou de zazen-beoefening best ingewikkeld maken.